XR bovenop het NOS-gebouw maar de politie deed niets: ‘Dit is verbazingwekkend’

Afgelopen weekend heeft de activistengroep Extinction Rebellion opnieuw de gemoederen beziggehouden. Actievoerders beklommen het dak van het NOS-gebouw in Hilversum en veroorzaakten schade door muren te bekladderen en vernielingen aan te richten. Tot verbazing van veel omstanders greep de politie niet in. Dit kwam door een vooraf gemaakte afspraak tussen de burgemeester, politie en justitie, die de actie toestond.

De burgemeester van Hilversum, die aanwezig was tijdens het gesprek, benadrukte het belang van het recht op demonstratie. Volgens hem moet de gemeente demonstraties faciliteren, zolang er geen sprake is van ernstige wanordelijkheden of gevaar voor de volksgezondheid. Dit leidde tot de situatie waarin de politie alleen kon optreden als de veiligheid in het geding kwam.

Misdaadverslaggever Marcel Vink, die de actie ter plaatse volgde, beschreef de verwarring en frustratie van zowel demonstranten als agenten. De politie leek in een moeilijke positie te zitten, waarbij agenten soms meer als toeschouwers fungeerden dan als handhavers van de wet. Dit roept vragen op over de effectiviteit van de politie in situaties waarin demonstratierechten worden ingeroepen.

De frustratie over deze gang van zaken is niet alleen aanwezig bij de burgers, maar ook bij de politie zelf. Politiefunctionarissen voelen zich gedwongen om te kijken naar wat er gebeurt, zonder dat ze kunnen ingrijpen. Dit heeft invloed op het imago van de politie en roept de vraag op hoe in de toekomst om te gaan met dergelijke demonstraties, zonder dat de veiligheid van de burger in het gedrang komt.

Het blijft dus een uitdaging om het recht op demonstratie te waarborgen, terwijl tegelijkertijd de veiligheid en orde in de samenleving gewaarborgd blijven.

Dit artikel door de redactie geschreven, deels met ondersteuning van AI.